Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij zal die vrouw dat bitter water, hetwelk [38]de vervloeking medebrengt, te drinken geven, dat het water, hetwelk de vervloeking medebrengt, in haar [39]tot bitterheden inga. 38. Zie boven, vs.18. 39. Dat is, opdat zij de bittere straf van God krijge, zo zij schuldig is.